Een selectie uit de nieuwsberichten van afgelopen weken:
Verstrijken van invorderingstermijnAan een persoon, die aansprakelijk is gesteld voor naheffingsaanslagen loonheffingen van twee bv’s, is uitstel van betaling verleend. Aan de bv’s is geen uitstel van betaling voor de naheffingen verleend. De vraag in een procedure voor de Hoge Raad is of daarmee de termijn voor verjaring van de rechtsvordering tot betaling van de naheffingsaanslagen is verlengd. Zo dat niet het geval is, betekent dit dat deze termijn met betrekking tot alle naheffingsaanslagen is verstreken, met als gevolg dat de aansprakelijkstelling vervalt. Hof Amsterdam heeft eerder in de procedure geoordeeld dat het op verzoek verlenen van uitstel van betaling aan een aansprakelijkgestelde niet tot gevolg heeft dat de verjaring van de rechtsvordering tot betaling van die belastingschuld wordt gestuit. Dat is niet anders als de belastingschuldige is opgehouden te bestaan. Volgens het hof is het recht op dwanginvordering van de belastingschulden verjaard en is daarmee de aansprakelijkstelling vervallen. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie van de staatssecretaris ongegrond verklaard. Het aan een aansprakelijkgestelde verleende uitstel van betaling heeft geen betrekking op de belastingschuld, maar op de aansprakelijkheidsschuld. Om die reden is dat uitstel niet van invloed op de verjaringstermijn van de belastingschuld. Bron: Hoge Raad | jurisprudentie | ECLINLHR2025111, 24/00263 | 24-01-2025 |